Transparante strook

Spelling verkleinwoorden oefenen

Klik hier voor hulp.

Maak van de vetgedrukte woorden een verkleinwoord. Schrijf het volledig.

Mijn oom kocht een auto .
De paarden trekken een kar .
Wil onze baby een fles ?
Er ligt een pekelharing in een bokaal .
Mijn hond werd gebeten door een vlo .
Ik kreeg een slee als cadeau .
Er is een opening in het net .
Lust jij druiven zonder pitten ?
Er staat een kip op het menu .
Een gouden ring en een zilveren ketting .
Je pyjama ligt naast je bril .
Geef mij maar een sla , mama !
Er is een gat in mijn emmer .
Aan dat kraam verkopen ze rapen .