Transparante strook

Spelling woorden op -isch

lo + gisch(e)
biolo + gisch(e)
Bel + gisch(e)
tra + gisch(e)

een stad
een onderzoek
een ongeluk
een gevolg

prak + tisch(e)
automa + tisch(e)
alfabe + tisch(e)
fantas + tisch(e)

op volgorde
een oplossing
een verhaal
de besturing

tro + pisch(e)
ty + pisch(e)
Olym + pisch(e)

een voorbeeld
een record
een klimaat

tech + nisch(e)
telefo + nisch(e)
vulka + nisch(e)

een gesprek
een opleiding
een gesteente